Skip to content
Blog

Grote mismatch in de techniek: 5 oplossingen om toch een match te maken

Datum
16 mei 2023
Leestijd
5 minuten
Deel

Vraag naar technici

De techniek is één van de sectoren die al decennia een krapte laat zien op de arbeidsmarkt. Echter wanneer we alleen zouden afgaan op de huidige spanning is deze zeer krap (5,42), maar niet erger dan veel andere sectoren (zie tabel 1, bron UWV).

Beroepsklasse Openstaande vacatures 4e kwartaal 2022 Werkzoekenden zonder dienstverband Totaal werkzoekenden  Spanning
Agrarische beroepen 3.900 11.578 16.956 Krap (1,64)
Bedrijfseconomische en administratieve beroepen 85.300 86.969 129.045 Zeer Krap (5,43)
Commerciële beroepen 47.500 55.798 79.349 Zeer krap (6,12)
Creatieve en taalkundige beroepen 4.350 12.550 17.203 Krap (2,00)
Dienstverlenende beroepen 35.500 83.509 106.653 Zeer krap (6,35)
ICT beroepen 28.000 10.137 15.036 Zeer krap (14,89)
Managers 31.600 20.144 31.623 Zeer krap (4,54)
Openbaar bestuur, veiligheid en juridische beroepen 9.000 9.566 13.616 Zeer krap (5,77)
Pedagogische beroepen 15.250 20.092 29.087 Zeer krap (5,13)
Technische beroepen 78.750 145.908 198.640 Zeer krap (5,42)
Transport en logistiek beroepen 36.200 54.515 77.162 Zeer krap (5,16)
Zorg en welzijn beroepen 43.600 47.785 68.314 Zeer krap (5,99)

Tabel 1: aantal vacatures, werkzoekenden en spanning op de arbeidsmarkt per beroepsklasse (bron UWV)

Op basis van deze cijfers zou de krapte in 10 van de bovenstaande beroepsklassen weggestreept kunnen worden, als elk mens op elk aanbod zou passen. Alleen in de beroepsklasse ICT-beroepen en Managers zijn er minder werkzoekenden dan vacatures. Helaas kan dit wegstrepen niet, omdat hetgeen bedrijven vragen nooit helemaal goed aansluit op het aanbod van wat mensen te bieden hebben.

Wanneer er andere kennis, vaardigheden worden gevraagd dan dat er worden aangeboden spreken we van een kwalitatieve mismatch. Dit speelt vooral in de techniek: veel technische bedrijven hebben het extreem lastig om voldoende gekwalificeerde medewerkers te vinden.

Daarom is het interessant om wat dieper in de cijfers te duiken om te kijken hoe dat komt.

Aanbod van mensen die in de techniek willen werken

Tegenover de vraag staat een bepaald aanbod. In totaal zijn er 198.640 mensen werkzoekend in de techniek (zie tabel 1), waarvan 145.908 geen dienstverband hebben. Dit wil zeggen dat ongeveer 50.000 mensen wel een dienstverband hebben maar toch op zoek zijn naar ander werk.

Met name op het lager onderwijsniveau is het aanbod groot met 117.640 mensen die in een beroep in de techniek willen werken. Op beroepsniveau 2 is het aanbod 65.824. Op beroepsniveau 3 is het aanbod 8.595 en op beroepsniveau 4: 6.617. Daarmee is er binnen de techniek vooral aanbod op beroepsniveau 1 en 2 en slechts beperkt aanbod op niveau 3 en 4.

Waar gaat het mis-match?

Wat opvalt is het grote aanbod op beroepsklasse niveau 1 en de zeer beperkte vraag op dit beroepsniveau (zie tabel 2). Ruim 117.000 mensen op 5.750 vacatures.

ISCO beroepsklasse Duiding NL-onderwijs stelsel Vraag Aanbod
Totale vraag beroepsklasse 1 Lager onderwijs 5.750 117.604
Totale vraag beroepsklasse 2 Lager of middelbaar onderwijs 47.850 65.824
Totale vraag beroepsklasse 3 Middelbaar of hoger onderwijs 11.700 8.595
Totale vraag beroepsklasse 4 Hoger of wetenschappelijk onderwijs 12.500 6.617
77.800 198.640

Tabel 2: Vraag en aanbod naar beroepsklasse niveau in de techniek

Dit wil zeggen dat er veel mensen zijn die aan hebben gegeven te willen werken in de techniek maar geen beroepsopleiding hebben gevolgd. Op beroepsniveau 2 is de vraag groter en ligt het aanbod hier dichter in de buurt. Dit gaat om functies op mbo-niveau van 2 tot 4. De diversiteit van functies en daarmee ook de diversiteit aan talent in deze groep is groot. Omdat er een beroepsopleiding voor gevolgd moet worden, zijn vaardigheden op beroepsniveau 2 veel specifieker dan bij beroepsniveau 1. Een lasser heeft totaal andere vaardigheden nodig dan een schilder of een elektricien terwijl deze bij beroepsniveau 1 alle drie in dezelfde beroepsklasse worden ingedeeld en hetzelfde beroepsniveau.

Op beroepsklasse niveau 3 en 4 is de arbeidsmarkt wel krap maar gaat het om veel minder mensen en vacatures.

Openstaande vacatures

Wanneer we gaan kijken naar de openstaande vacatures binnen de techniek is er een breed scala aan beroepen waarin duizenden vacatures uitstaan. Zo is er erg veel vraag naar machinemonteurs, elektriciens, ingenieurs, technici bouwkunde en natuur, de complete lijst met het aantal vacatures is te zien in tabel 3.

Beroepsgroep Beroepsklasse Vacatures
Machine monteurs 2 10.750
Elektriciens 2 7.650
Ingenieurs 4 7.100
Technici bouwkunde en natuur 3 7.100
Hulpkrachten bouw en industrie 1 5.750
Productiemachine bedieners 2 4.700
Timmerlieden 2 4.100
Productieleiders industrie en bouw 3 4.050
Elektrotechnisch ingenieurs 4 3.400
Loodgieters en pijpfitters 2 2.950
Automonteurs 2 2.850
Metaalbewerkers en constructiewerkers 2 2.800
Bouwarbeiders afbouw 2 2.500
Assemblagemedewerkers 2 1.850
Schilders en metaalspuiters 2 1.850
Bouwarbeiders ruwbouw 2 1.800
Lassers en plaatwerkers 2 1.700
Productcontroleurs 2 1.600
Biologen en natuurwetenschappers 4 1.050
Architecten 4 950
Meubelmakers, kleermakers en stoffeerders 2 750
Procesoperators 3 550
Medewerkers drukkerij 2 500

Tabel 3: aantal vacatures per beroepsgroep in de techniek

Opvallend veel beroepen zitten in beroepsklasse 2.

Wat zijn de oplossingen?

Ondanks dat er erg veel vacatures zijn, staan er ook nog heel veel mensen aan de kant. Het is niet gemakkelijk maar er zijn wel degelijk maatregelen om vraag en aanbod dichter bij elkaar te brengen. Wij hebben 5 oplossingen gevonden die direct kunnen worden toegepast.

Oplossing 1: Job carving

Met name op beroepsniveau 1, is er een hele grote groep onbenut arbeidspotentieel in de techniek. Meer dan 100.000 mensen geven aan bereid te zijn om te werken in de techniek. Het werk sluit alleen niet aan op de ontwikkeling van hun competenties.

Een oplossing is dus het werk dusdanig anders in te richten om tot een andere verdeling van werk te komen. De vraag vanuit technische bedrijven centreert zich rond beroepsklasse niveau 2. Dus als eenvoudigere taken worden weggehaald bij de tot vakman opgeleiden en deze worden gebundeld in een nieuwe functie, dan kunnen meer mensen in aanmerking komen voor dit werk. Mensen kunnen op hun competenties worden geselecteerd op deze vacatures in plaats van op diploma of ervaring. De selectie op skills is volop in ontwikkeling. Sommige werkgevers durven zelfs Open Hiring aan, waarbij een werknemer zonder enige selectie kan proberen of bepaald werk bij hem/haar past.

Dit zijn manieren om de veelgevraagde startkwalificatie die veel technische te ontwijken. Door dit soort instrumenten in te zetten kunnen meer mensen instromen in het bedrijf en zich daar verder ontwikkelen.

Oplossing 2: Learning on the job

Een groot deel van de mensen op beroepsniveau 1 leert gemakkelijker door te doen dan vanuit een boek. Was dit wel zo dan was de kans groter geweest dat mensen langer in het schoolsysteem waren gebleven. Leren door te doen is voor deze groep vaker geschikt. Natuurlijk zijn opleidingen al vaak zo ingericht. Ook trajecten bij leer-werkbedrijven zijn vaak zo ingericht. Bedrijven maken hier al gebruik van, maar dit zou nog veel meer kunnen. Learning on the job kan beginnen met vegen van de werkplaats…vervolgens leer je assemblage werkzaamheden uit te voeren…je groeit door en mag eenvoudige laswerkzaamheden doen…etc. Vaardigheden kunnen vervolgens ook gecertificeerd worden nadat deze in de beroepspraktijk zijn aangeleerd. Het onderwijs kan hierbij een belangrijke rol spelen. Door middel van leermeester-gezelafspraken in bedrijven kan dit een verdere vlucht krijgen.

Oplossing 3: Laagdrempelige bijscholing (modulair)

De groep met beroepsniveau 1 heeft slechts een beperkte opleiding genoten. Waarschijnlijk heeft deze doelgroep al jaren geen opleiding/ cursus of andere vorm van bijscholing gevolgd. Stapsgewijs bijscholen in de vorm van losse modules/ certificaten is laagdrempeliger en vaker geschikt. Het behalen van kleinere stappen kan het vertrouwen van deze groep in zichzelf laten groeien waardoor men meer zin krijgt in leren. In combinatie met goede begeleiding kan dit ertoe leiden dat deze groep in staat wordt gesteld complexere vaardigheden aan te leren. In een aantal gevallen is het dan zelfs mogelijk deze groep bij te scholen tot mbo-niveau 2 (of hoger) en daarmee de startkwalificatie te laten behalen. Wat de arbeidsmarktpositie van deze doelgroep significant verbetert. Dit zien we ook terug in de cijfers hierboven. De discrepantie tussen vraag en aanbod op beroepsklasse niveau 2 niveau is veel lager dan op niveau 1. De kans dat deze groep werkzoekend is, is veel kleiner.

Oplossing 4: Zij-instroom

Omdat er wel aanbod is op niveau 2, maar deze waarschijnlijk kwalitatief niet aansluit op de vraag… even uitgesloten dat er altijd mensen zijn die tijdelijk werkloos zijn omdat ze wisselen van baan (zogenaamde frictiewerkloosheid) …is zij-instroom één van de opties om arbeidsplaatsen ingevuld te krijgen. Wel moet bij deze groep de kanttekening worden gemaakt dat de diversiteit aan banen en talenten binnen deze groep groot is hetgeen de mismatch ingewikkelder maakt. Binnen de techniek zijn heel veel soorten beroepen, die soms nauwelijks raakvlakken met elkaar hebben. Daarnaast zitten in het aanbod waarschijnlijk meer mensen met een mbo-niveau 2 opleiding, waar het bedrijfsleven in de techniek doorgaans meer vacatures heeft op mbo-niveau 3 of 4.

Oplossing 5: Inclusieve technologie

In de techniek heeft verdere automatisering en digitalisering de vraag naar mbo-niveau 3 en 4 opgeleiden doen stijgen in het verleden. Door deze automatisering en digitalisering werd eenvoudig werk vervangen door machines, maar moesten medewerkers complexere technische installaties aansturen en onderhouden. Toch biedt technologie ook steeds meer kansen om het werk eenvoudiger te maken. Technologie die kan worden ingezet om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te ondersteunen waardoor zij het werk kunnen doen, wordt ook wel inclusieve technologie genoemd. De ontwikkelingen in deze technologie gaan snel. Medewerkers kunnen bijvoorbeeld door AR/VR brillen door een proces heen worden geholpen of ondersteund worden door robots waarmee het veilig is om samen te werken (cobots).

Conclusie

De zeer krappe arbeidsmarkt voor de techniek komt voort uit een mismatch van vraag en aanbod. Er zijn veel meer werkzoekenden die in de techniek zouden willen werken, dan mogelijk gedacht. Zij passen echter (nog) niet op de aanwezige vacatures. Er zijn namelijk vooral veel laagopgeleiden (beroepsklasse 1) beschikbaar.

Dat betekent dat er maatwerk moet worden verricht in termen van oplossingen die passen bij deze doelgroep en die de mismatch naar de vacatures oplossen. Genoemde oplossingsrichtingen zijn: jobcarving, learning on the job, laagdrempelige (bij)scholing, zij-instroom en inclusieve technologie.

Wise up heeft ervaring met allerlei projecten gerelateerd aan deze oplossingsrichtingen. Wil hier meer over weten? Neem dan contact met ons op.

Wil jij de toekomstbestendigheid van jouw organisatie of werk tegen het licht houden, maar weet je niet goed waar te beginnen? Eerder schreven wij het whitepaper ‘Artificial Intelligence en de Toekomst van Werk’ waarin we zes strategieën behandelen om AI goed te kunnen implementeren. In vervolg daarop kun je deelnemen aan onze gratis masterclass Design Thinking en AI. Onze consultants verkennen met jou de mogelijkheden om in te spelen op de belangrijkste kans of bedreiging die AI vormt voor jouw werk of organisatie. Door de design thinking methode toe te passen op jouw vraagstuk van AI en werk, helpen ze je met het bedenken van jouw eigen plan van aanpak om AI te gebruiken.

Onze inzichten in je inbox?

Schrijf je dan in voor de Wise up nieuwsbrief. Wekelijks nieuwe inzichten in je inbox.