Vijf tips om skills-gericht opleiden extra te gaan stimuleren

Geschreven door Tessa van Tilburg

Verder kijken dan diploma’s

Het is inmiddels algemeen bekend dat de hedendaagse arbeidsmarkt een andere aanpak vereist als het gaat om het benaderen van werkzoekenden. Werkgevers moeten verder kijken dan enkel diploma’s en certificaten om werknemers te werven. De zoektocht naar het schaap met de vijf poten is door veel werkgevers al opgeschort en er wordt volop geëxperimenteerd met initiatieven om te onderzoeken of werkzoekenden zonder de juiste diploma’s en/of certificaten geschikt zijn voor de gevraagde functie. Voorbeelden hiervan zijn open hiring, job carving en praktijkleren.

Skills based werken in het onderwijs

Het onderwijs moet eveneens reageren op deze opkomende veranderingen in de arbeidsmarkt. Op dit moment zijn de vooruitstrevende scholen bezig met het ontwikkelen van modulair onderwijs. Dit biedt de mogelijkheid om sneller over de juiste vakvaardigheden te beschikken die bijdragen aan het werken in een bepaalde sector. Een goede ontwikkeling. Maar, dit heeft enkel toegevoegde waarde als de scholieren, studenten en zij-instromers zelf weten waar hun talenten liggen, en welke vaardigheden of competenties nog verder ontwikkeld moeten worden. Deze manier van opleiden noem je skills based. Dit betekent dat het verder ontwikkelen van iemands skills (vaardigheden, competenties) de basis is van de opleiding.

Maar, hoe kun je er als onderwijsinstelling voor zorgen dat scholieren inzicht hebben in hun talenten, vaardigheden en competenties? En hoe kun je tijdens het ontwikkelen van vakvaardigheden, de nadruk leggen op het ontwikkelen van skills? Dat gaat namelijk verder dan de bekwaamheid in de reguliere vakken die op school gegeven worden. In deze blog lees je vijf tips om aan de slag te gaan met skills in jouw onderwijsinstelling.

1. Maak de te ontwikkelen skills inzichtelijk

Ten eerste is het belangrijk om inzicht te krijgen in de skills waarover de leerlingen en studenten beschikken. Dit inzicht kun je op verschillende manieren, met behulp van verschillende tools, krijgen. Door een skills print (een gestructureerd overzicht van de skills waarover je beschikt) te maken, zien leerlingen waar ze goed in zijn. Dit is een zeer positieve benadering van iemands kunnen. Daarnaast is het belangrijk om aan het begin van een lessenreeks inzichtelijk te maken welke skills iemand goed kan gebruiken om de lessenreeks te volgen, en welke skills in deze lessenreeks ontwikkeld gaan worden. In de huidige doelen van de lessenreeksen zitten vaak al verschillende skills verborgen. De focus ligt echter op het ontwikkelen van kennis en vakvaardigheden. Wanneer de focus verschuift naar de te ontwikkelen skills, zijn de leerlingen en studenten zich bewust van de nieuwe manier van leren.

2. Bied perspectief en monitor de ontwikkeling

Een belangrijk onderdeel van de implementatie van skills in het onderwijs, is dat er perspectief wordt geboden en dat de ontwikkeling gemonitord wordt. Perspectief hebben en het monitoren van ontwikkeling motiveert leerlingen. Wanneer de doelen van lessenreeksen in skills beschreven staan, is het heel makkelijk om te laten zien over welke kwaliteiten iemand beschikt na het volgen van een bepaald vak. Door dit inzichtelijk te maken ontstaat er een mooie koppeling tussen onderwijs en arbeidsmarkt. In de arbeidsmarkt wordt er immers druk gewerkt aan het creëren van baanprofielen gebaseerd op skills. Baanprofielen en de te verwerven skills vanuit de vakken op de opleiding kunnen idealiter in de toekomst gekoppeld worden, waardoor het groeipad richting verschillende soorten banen voor leerlingen en studenten al aan het begin van hun carrière inzichtelijk is.

3. Creëer ruimte voor verschillende oplossingen van een probleem

Voor de ontwikkeling van skills is het belangrijk te beseffen dat er verschillende manieren zijn om tot een oplossing van een probleem (d.w.z. een uitdaging binnen een gegeven opdracht aan de student) te komen. Hiervoor is het noodzakelijk dat in de praktische opdrachten die leerlingen krijgen, ruimte is voor een brede benadering van het probleem. Iedere leerling heeft namelijk een andere expertise, en zal op een andere manier tot een oplossing komen. Wanneer je dit als docent erkent, geef je de leerlingen de vrijheid om hun expertise uit te bouwen. Dit is het fundament voor het ontwikkelen van skills.

Als docent vraagt dit om een andere manier van beoordeling. Het gaat niet langer over de juiste kennis die is toegepast, maar over de manier waarop een probleem is aangepakt. Je beoordeelt minder vaak het resultaat, maar daarentegen beoordeel je het proces. Bijvoorbeeld, hoe gemakkelijk, handig en snel komt een leerling tot een oplossing? Dat zegt iets over het probleemoplossend vermogen van een leerling. Daarnaast zegt de voorkeurswijze voor het oplossen van een probleem ook veel over de skills van een leerling. Kiest de leerling ervoor om veel te lezen? Om het gesprek aan te gaan? Of kiest de leerling ervoor om het zelf te proberen?

4. Creëer veel verschillende momenten waarop skills gevalideerd kunnen worden

Om de motivatie voor de ontwikkeling van skills hoog te houden, is het belangrijk dat leerlingen op veel momenten hun geleerde skills kunnen valideren. Dat betekent dat je als onderwijsinstelling bijvoorbeeld kunt werken met deelcertificaten, badges, etc.

Een goed voorbeeld is de ontwikkeling op het Koning Willem I College. Hier werken ze met Open Badges; een digitale manier om te laten zien over welke extra kwaliteiten studenten beschikken. De badges worden aan studenten uitgereikt wanneer ze een aanvullende cursus hebben gedaan. Zoals bijvoorbeeld lasersnijden of 3D-printen.

5. Stel de keuze voor een studierichting uit

Het huidige schoolsysteem dwingt leerlingen om al op bijzonder jonge leeftijd een studierichting te kiezen. In het vroegste geval is dit al op twaalfjarige leeftijd. Wanneer je dan later toch liever een andere richting op zou willen, omdat zodra je ouder wordt blijkt dat dat beter bij jouw skills past, is dat vaak lastig. Door in het primair onderwijs en in de onderbouw van het voortgezet onderwijs meer in te zetten op het ontwikkelen van skills in de breedste zin van het woord, leren leerlingen zichzelf op jonge leeftijd al goed kennen, waardoor de studiekeuze vaker gebaseerd zal zijn op skills. Hierdoor zullen kinderen een keuze voor de toekomst maken op basis van hun talenten en kwaliteiten. Ze weten waar ze écht goed in zijn en dat maakt het volgen van een opleiding en later het uitvoeren van het werk natuurlijk alleen maar leuker.

Meer weten over skills-gericht opleiden? Neem contact op met Tessa van Tilburg die momenteel binnen twee projecten met dit thema werkt.


In dit blog behandelden we vijf tips om skills-gericht opleiden in jouw onderwijsinstelling te stimuleren. Wil je meer inzicht in hoe onderwijs kan verbeteren en innoveren, download dan nu onze whitepaper “De 5 nieuwste trends in onderwijs”. In deze whitepaper worden trends en strategieën aangereikt om meer impact te maken.

4 langetermijneffecten van corona op onderwijs en advies hoe hiermee om te gaan

Corona lijkt alweer enige tijd geleden, desalniettemin is de nasleep in het onderwijs nog steeds voelbaar. Sien Rongen schreef er daarom deze blog over.

De corona-reflex vanuit onderwijs kwam snel van de grond om de spreiding van het virus tegen te gaan. Docenten en studenten hebben zich snel aangepast aan nieuwe technologieën en leermethoden om het onderwijs op afstand mogelijk te maken. Hierdoor is ingeleverd op de wenselijke kwaliteit van het Nederlandse onderwijs. Het volgen van onderwijs op afstand vroeg veel concentratie. Dit lukte niet alle jongeren. Ook het gebrek aan contact met zowel docenten als andere leerlingen kwam de schoolmotivatie niet ten goede. Hierdoor zijn er meer jongeren met achterstanden en zijn de bestaande ongelijkheden in het onderwijs vergroot.

Inmiddels zijn de beperkingen in het onderwijs al enige tijd voorbij. Toch zijn de gevolgen alsnog voelbaar. De schoolresultaten hebben er duidelijk onder geleden, vooral bij leerlingen, studenten en gezinnen die al kwetsbaar waren. In het primair onderwijs is er een vertraging in de leergroei ontstaan op de primaire vakken, zoals rekenen en spelling. In het voortgezet (speciaal) onderwijs gaat het vooral om de executieve vakken. Inmiddels is een groot deel van deze directe vertraging ingelopen. Mede door de inzet van scholen op het inhalen van de achterstanden en door aangepaste richtlijnen, bleven er minder leerlingen zitten op de middelbare school, namen minder leerlingen een tussenjaar en was er een hogere instroom van eerstejaarsstudenten op het hbo.

Naast deze directe achterstanden in het onderwijs die inmiddels weer grotendeels zijn ingehaald, heeft corona ook indirecte gevolgen gehad die op lange termijn merkbaar zullen zijn in het onderwijs. In dit blog behandelen we 4 langetermijneffecten van corona op onderwijs en geven we advies hoe hiermee om te gaan. De belangrijkste vier effecten zijn hieronder uiteengezet.

1. Mentale gezondheid

De pandemie en de bijbehorende stress en isolatie hebben de mentale gezondheid van jongeren beïnvloed. Dit heeft geleid tot verhoogde niveaus van angst, depressie en stress. De sociale isolatie, onzekerheid over de toekomst en verstoring van de dagelijkse routines hebben bijgedragen aan een verhoogd mentaal welzijnsprobleem. Deze negatieve ontwikkeling leek tijdens de tweede lockdown sterker dan tijdens de eerste lockdown. Hoe langer de pandemie duurde, hoe negatiever de gevolgen waren voor het mentaal welbevinden van alle kinderen en jongeren. Het niet kunnen bezoeken van festivals en sportwedstrijden en het niet kunnen zien van familie of vrienden met een kwetsbare gezondheid is een oorzaak. Twee derde van de jongeren had door de coronaperiode hulp of steun nodig, vaak omdat ze niet goed in hun vel zaten.
Hoewel jongeren over het algemeen minder ernstig werden getroffen door corona, kan de impact op hun fysieke gezondheid worden gekoppeld aan veranderingen in levensstijl, verminderde fysieke activiteit en mogelijk vertraagde toegang tot gezondheidszorg voor niet-corona-gerelateerde aandoeningen.

2. Sociale interactie

De coronacrisis heeft bij jongeren niet alleen gezorgd voor leerachterstanden en mentale problemen, ook over het gedrag van jongeren zijn grote zorgen. Door het gebrek aan ontmoeting hadden jongeren moeite om gemotiveerd te blijven of in de (online) leeromgeving voldoende ondersteuning te krijgen van leeftijdsgenoten of docenten. De coronacrisis heeft de vormende jaren voor kinderen totaal verstoord en daar merken scholen de gevolgen van. De beperkingen zoals sociale afstandsmaatregelen en lockdowns hebben de sociale interactie beperkt, wat essentieel is voor de sociale ontwikkeling en het welzijn van jongeren. Gevoelens van eenzaamheid en isolatie zijn toegenomen. Jongeren zijn vaker onbeleefd en onaardig tegen elkaar en moeilijk te motiveren. Uiteraard geldt dit niet voor alle leerlingen, maar de coronatijd lijkt nog steeds grote invloed te hebben op het gedrag van sommigen. Deze gevolgen zullen op lange termijn zichtbaar blijven. Jongeren zijn heel flexibel als het aankomt op kennisontwikkeling, maar juist gedrag, motivatie en zelfstandig werken zijn een stuk moeilijker om aan te pakken.

3. Digitale afhankelijkheid

Door de toegenomen afhankelijkheid van digitale platforms voor onderwijs, werk en sociale interactie is de schermtijd toegenomen tijdens corona. De abrupte overgang naar online onderwijs kwam niet ten goede van de kwaliteit van het onderwijs. Het had vooral invloed op jongeren met minder middelen of specifieke leerbehoeften. Naarmate de situatie evolueerde zijn scholen geconfronteerd met de uitdaging om hybride onderwijsmodellen te implementeren. Hierbij wordt onderwijs deels fysiek en deels online aangeboden. Deze ontwikkeling speelt nog steeds. Het vereist flexibiliteit en aanpassingsvermogen van zowel docenten als studenten.
Ondanks dat het meeste onderwijs niet meer online wordt aangeboden blijkt de schermtijd onder jongeren hoger dan voorheen. Dit levert de nodige problemen op voor de langere termijn. Zo kan dit leiden tot digitale verslaving en een verminderde aandachtsspanne.

4. Sociale ongelijkheid

De effecten van de pandemie zijn niet gelijk verdeeld. Jongeren uit achtergestelde groepen hebben mogelijk onevenredig veel te maken gehad met de gevolgen van de pandemie. Sociaaleconomische ongelijkheden zijn vergroot, wat van invloed is op toegang tot onderwijs, gezondheidszorg en andere hulpmiddelen. Zo hadden niet alle jongeren gelijke toegang tot de benodigde technologie en internetverbindingen, wat bijvoorbeeld leidde tot digitale ongelijkheid. Jongeren met psychische problemen scoorden op mentaal vlak over het algemeen lager tijdens de coronacrisis, net als kinderen die in een instelling wonen. De thuissituatie is erg belangrijk in hoe jongeren de coronacrisis doorkwamen. Zo ervaren jongeren uit grote gezinnen relatief meer mentale klachten. Jonge kinderen uit lage sociaaleconomische status-gezinnen ervaren een sterker negatief effect van de coronacrisis op spraak- en taalontwikkeling.
Het is afwachten hoe de ongelijkheid tussen kinderen en jongeren zich na de coronacrisis verder zal ontwikkelen. Er zijn zorgen over de effecten van het sluiten van de scholen op de lange termijn. Zo kon een deel van de leerlingen minder goed leren door het thuisonderwijs en leidde het wegvallen van de eindtoets in 2020 tot relatief lagere schooladviezen voor leerlingen met een lage sociaaleconomische status.

Adviezen

Na de coronacrisis is er veel aandacht geweest voor leerachterstanden bij jongeren, maar er is nog weinig gekeken naar de achterstanden in sociale vaardigheden die jongeren hebben opgelopen. Het belangrijkste advies voor elke onderwijsinstelling is: negeer de langetermijneffecten niet! Het is belangrijk om aandacht te hebben voor een nieuwe generatie die vanaf het primair onderwijs te maken hebben gehad met corona en de komende vijftien jaar nog doorstromen richting het hoger onderwijs. Deze effecten blijven dus nog lang merkbaar. Er is een tweetal adviezen voor elke onderwijsinstelling; focus naast de didactische rol ook op de pedagogische rol van de onderwijsinstelling en richt op een maatwerkaanpak.

Advies 1. Onderwijsinstelling als didactisch én pedagogisch instituut

Jongeren zijn sociaal anders ontwikkeld in de coronajaren en hierdoor zijn er meer sociaal onwenselijke gedragingen bij een groep jongeren. Het is een logische reflex om jongeren te straffen als ze zich misdragen, maar hierin ligt niet de oplossing. Conflicten en grenzen mogen er natuurlijk zijn, maar scholen moeten naar hun opvoedkundige functie gaan kijken. Onderwijsinstellingen zijn niet alleen een didactisch instituut, maar ook een pedagogisch instituut. Deze taak is na de coronatijd steeds belangrijker. Zet daarom ook in op speciale trainingen voor jongeren in de executieve functie. Het betreft zaken als plannen, motivatie vinden, maar ook omgaan met emoties en sociaal gedrag.

Advies 2. Aanpak vraagt om maatwerk

Er zijn grote verschillen in hoe jongeren de coronamaatregelen hebben ervaren en welke langetermijneffecten zij hiervan ondervinden. Deze diversiteit maakt het moeilijk om kinderen en jongeren als één groep te benaderen. Dit betekent dat er ook geen passende oplossing is die voor alle jongeren werkt. Wel is het zeker dat jongeren meer aandacht en zorg nodig hebben. Hiervoor is het belangrijk dat er maatwerk wordt geboden, waarbij er gekeken wordt naar de specifieke behoefte van individuele kinderen, jongeren en gezinnen.
Als onderwijsinstelling is het van belang om goed samen te werken met zorg en gemeente om zo gezamenlijk een passend en dekkend zorglandschap neer te zetten. Ook op kleinschalige manieren kan er maatwerk worden geboden door extra hulp en ondersteuning in de klassen of door een luisterend oor te bieden. Hierbij is het ook van belang dat leerkrachten en docenten worden ondersteund om zich aan te passen aan deze rol.


In dit blog behandelden we 4 langetermijneffecten van corona op onderwijs en gaven we advies hoe hiermee om te gaan. Wil je meer inzicht in hoe onderwijs kan verbeteren en innoveren, download dan nu onze whitepaper “De 5 nieuwste trends in onderwijs”. In deze whitepaper worden trends en strategieën aangereikt om meer impact te maken.