Skip to content
Blog

De hybride professional: een nieuwe soort?

man in pak met pbm's op bouwplaats heeft een hybride baan.
De auteur

Dionne Zwier

Consultant

Suggesties voor jou

Samengevat

Nederland raakt overspoeld door theoretisch talent, terwijl praktisch werk onder druk staat. Ontdek hoe hybride banen – die theorie en praktijk combineren – bijdragen aan meer werkplezier, minder burn-outs én een herwaardering van praktisch werk. Is dit de sleutel tot een veerkrachtige arbeidsmarkt?

Hybride banen

Nederland wordt steeds theoretischer opgeleid. Dat klinkt welvarend, maar het brengt ook groeipijnen met zich mee. We stevenen af op een overschot aan theoretisch geschoold personeel in specifieke, populaire studierichtingen zoals economie, terwijl de tekorten in de praktische beroepen sterk blijven toenemen. Zoals NRC (2025) stelt: “Met een mbo-4 diploma maak je straks meer kans op een baan dan iemand met een hbo-opleiding.” 

Meer mensen praktisch opleiden lijkt misschien een oplossing voor de tekorten op de arbeidsmarkt, maar is dat niet uiteindelijk symptoombestrijding? We moeten talent slimmer inzetten en innovatieve oplossingen bedenken om dit probleem structureel aan te pakken. Een van die oplossingen zou kunnen zijn: hybride banen. In deze blog ontdek je hoe hybride banen niet alleen het krapteprobleem op de arbeidsmarkt kunnen verlichten, maar ook kunnen bijdragen aan het herwaarderen van praktisch werk en het vergroten van het werkplezier van theoretisch opgeleide medewerkers.

Wat zijn de gevolgen van teveel theoretische banen?

Onze huidige arbeidsmarkt kampt met krapte, vooral in praktische beroepen. Dat kan op den duur tot problemen en vertragingen in de maatschappij leiden, omdat juist die praktische beroepen ervoor zorgen dat Nederland kan blijven functioneren als het nu doet en dat het welvaartsniveau dat we tot nu toe hebben bereikt, behouden blijft. Denk aan het bieden van zorg, het bouwen van huizen, de afvalverwerking en de schoonmaak. Deze banen zullen ook minder snel bedreigd worden door ontwikkelingen zoals AI, die cognitief belastend werk op den duur efficiënter kan maken of zelfs kan vervangen. ABN AMRO heeft al daad bij het woord gevoegd met de aankondiging van het schrappen van duizenden banen in de komende jaren, omdat wordt verwacht dat AI het werk veel efficiënter zal maken.

Daarnaast zorgt het overschot aan theoretisch personeel in specifieke gebieden ervoor dat veel van deze medewerkers, vlak uit de schoolbanken, noodgedwongen moeten starten in een functie die niet past bij hun werkniveau. Als deze ontwikkeling zich doorzet, bewegen we richting een arbeidsmarkt met een opvallende tweedeling in overschot en tekort, wat invloed kan hebben op het behoud (of verlies) van talent, innovatie en werktevredenheid.

 Is een theoretisch opgeleide bevolking verkeerd?

Nee, zeker niet. Een theoretisch opgeleid Nederland kan namelijk leiden tot een land waarin de inwoners bewustere afwegingen kunnen maken als het gaat om gezondheid en levensstijl. Zo stelde CBS in de conclusie van een onderzoek naar levensstijl en sociaaleconomische status dat het opleidingsniveau een duidelijke invloed heeft op leefstijlkeuzes zoals roken, lichaamsgewicht, beweging en voeding. Ook maken theoretisch opgeleiden meer gebruik van preventieve zorg, dat het zorgsysteem kan ontlasten en de gezondheid kan verbeteren.

Daarnaast zijn theoretisch opgeleide mensen vaker actief in maatschappelijke en politieke participatie. Over het algemeen bezitten zij een beter begrip van maatschappelijke kwesties, zoals duurzaamheid, inclusie en rechtvaardigheid. Ze beschikken over de vaardigheden om kritisch te denken, wat kan bijdragen aan een stabielere democratie. Het is dus zeker niet de bedoeling dat we door de krapte in het praktische opgeleide deel van de arbeidsmarkt, theoretische opleidingen moeten ontmoedigen. Het schept namelijk kritische burgers, wat enorm belangrijk is voor de maatschappij en het welzijn in Nederland.

Herwaardering mbo-onderwijs

Andere ontwikkelingen die gepaard gaan met een theoretisch opgeleid land, zijn problematischer. Zoals het neerkijken op praktisch werk. Dit wordt nog te vaak weggezet als minderwaardig of laaggeschoold. Dat heeft een directe invloed op de instroom en status van maatschappelijk cruciale praktische beroepen. Terwijl júist deze beroepen zorgen dat er huizen worden gebouwd, zorg verleend, het land schoon wordt gehouden en de energietransitie succesvol wordt doorlopen. Daarbij ontstaat er een maatschappelijke kloof, ofwel moderne verzuiling zoals de Correspondent het benoemt, tussen praktisch geschoolde mensen en theoretisch geschoolde mensen, die zich tegen elkaar afzetten, ondanks dat zij wel een maatschappij én vaak zelfs een werkvloer delen waarin een goede samenwerking tussen beide juist waarde toevoegt.

Omdat het te kort steeds nijpender wordt in de praktische beroepen en een overschot zichtbaar wordt in theoretische beroepen, kiezen jonge instromers vaak noodgedwongen voor werk dat niet past bij het opleidingsniveau. Dit is een verspilling van talent en kan bijdragen aan het gevoel dat praktisch werk minder goed of belangrijk is.

De oplossing zit dus niet in het minder stimuleren van theoretisch onderwijs, maar het herwaarderen van praktisch onderwijs. Van de herwaardering van het mbo-onderwijs is Karim Amghar, als vaste onderwijscolumnist van de Trouw en De Correspondent een belangrijk voorvechter. Mogelijk is er zelfs tussen beiden een brug te slaan, waardoor de maatschappij én haar inwoners kan profiteren van zowel kennis als praktische vaardigheden.

Hybride banen als lonkend perspectief

Misschien zijn hybride banen, waarbij theoretisch en praktisch werk in één werkweek worden gecombineerd, wel de sleutel tot het aanpakken van beide uitdagingen: het bevorderen van theoretische kennis én praktische vaardigheden in de samenleving. Dit kan niet alleen helpen om zowel het overschot als het tekort op de arbeidsmarkt te verlichten, maar biedt werknemers ook de mogelijkheid om hun kennis te verbreden, nieuwe vaardigheden te ontwikkelen en hun werkzekerheid te vergroten, doordat ze met twee verschillende werkgevers te maken krijgen (maar dat hoeft natuurlijk niet).

Een combi-baan bij de ‘eigen’-werkgever is indien mogelijk nog een sterkere combinatie. Stel je voor dat een bedrijf in de bouwsector een hybride functie introduceert waarbij een projectmanager zowel strategisch werk doet als af en toe meewerkt op de werkvloer. Deze hybride rol stelt de projectmanager in staat om de planning en coördinatie van het project te combineren met praktische ervaring in het bouwproces zelf (al is het maar één dag per week). Dit zorgt ervoor dat de manager beter begrijpt welke obstakels er op de werkvloer spelen en kan deze kennis direct toepassen bij strategische besluitvorming. Zo worden de communicatielijnen korter en wordt de samenwerking tussen verschillende werkvloerrollen en management verbeterd. Tot slot kan het begrip van de werkvloer richting de managers-posities ook worden vergroot en de band tussen beiden versterkt.

Hybride-baan als remedie voor burn-outs?

Daarnaast kan deze aanpak bijdragen aan het oplossen van een ander belangrijk arbeidsmarktprobleem: de toenemende burn-outcijfers. Juist de afwisseling tussen cognitief en praktisch werk kan dienen als preventie. Het biedt variatie, wat de werkplezier en gezondheid bevordert. Continu cognitief werken kan namelijk leiden tot een afname van kritisch denken, probleemoplossend vermogen, stresstolerantie, flexibiliteit en zelfmanagement.

Tot slot kan de blootstelling aan praktische beroepen bijdragen aan de herwaardering van deze beroepen en het doorbreken van maatschappelijke zuilvorming. Zelfs als de theoretisch opgeleide werknemer slechts één dag in een praktisch werkveld werkt, kan dit een brug slaan tussen beide werelden en de waarde van praktisch werk beter zichtbaar maken.

Voordelen en aandachtspunten van een hybride baan

Voordelen:

  1. Verlichting van de arbeidsmarktkrapte: theoretisch opgeleiden kunnen bijdragen aan het invullen van krapteberoepen, terwijl ze tegelijkertijd hun eigen kennis en ervaring verbreden.
  2. Meer werkplezier: variatie tussen cognitief en praktisch werk kan de werktevredenheid verhogen en de werkdruk verlichten.
  3. Betere samenwerking: Door ervaring op de werkvloer op te doen, krijgen managers en medewerkers meer wederzijds begrip en kunnen ze effectiever samenwerken.
  4. Innovatie en kennisdeling: theoretisch opgeleiden kunnen nieuwe inzichten brengen naar de praktische werkvloer, terwijl hands-on kennis dat de werkvloer al bezit, kan makkelijker worden door vertaalt naar strategie en beleid doordat het management op de werkvloer aanspreekbaar is. Dit bevordert innovatie.
  5. Herwaardering van praktisch werk: Door hoger opgeleiden praktische werkzaamheden te laten verrichten, kan het imago van praktische beroepen verbeteren.
Aandachtspunten:
  1. Tijd en kosten van bijscholing: Werknemers moeten mogelijk bijscholing volgen om zich in een praktisch werkveld te kunnen bekwamen. Dit kost tijd en geld, al zijn hier wel vaak subsidies voor, zoals de SLIM-scholingssubsidie van de Ontwikkelpaden, met een looptijd tot en met 2027.
  2. Aansluiting bij leerambities: Niet iedere werknemer is geïnteresseerd in het combineren van theorie en praktijk, wat de instroom in hybride functies kan beperken. Zeker als de beloning voor praktisch werk lager is dan theoretisch werk.
  3. Verlies van specialisatie: Door verschillende taken te combineren, kan het moeilijker zijn om diepgaande specialistische kennis in een specifiek vakgebied te ontwikkelen. Hier zouden juist de praktisch geschoolde mensen zich weer in kunnen onderscheiden.
  4. Mogelijke inefficiëntie: De overstap tussen theoretisch en praktisch werk kan leiden tot een lagere productiviteit of meer inwerktijd voor de werknemers, maar kan op den duur wel voor een hogere efficiëntie zorgen doordat cognitief en praktisch werk wordt afgewisseld en een werknemer scherp houdt.
  5. Andere beloning: zoals eerder benoemd wordt theoretisch geschoold werk vaak beter betaald dan praktisch geschoold werk, dus dat kan invloed hebben op het salaris van iemand met een hybride functie. Het kan ook een kans zijn om het salarisverschil tussen praktisch en theoretisch geschoold werk te dichten.

 

Conclusie

Het overschot aan theoretisch-opgeleiden hoeft geen probleem te zijn, maar kan juist kansen bieden voor maatschappelijke impact, innovatie en kennisdeling. De theoretische opleidingsniveaus dragen bij aan gezondheid, welzijn en kritisch denken, wat essentieel is voor de toekomst van Nederland. Het tekort in praktische beroepen blijft echter een urgent probleem dat vraagt om herwaardering van praktisch werk. We moeten talent slimmer inzetten en innovatieve oplossingen bedenken om dit tekort te verlichten.

Hybride functies, die theoretisch en praktisch werk combineren, bieden een waardevol antwoord op beide uitdagingen. Ze stellen werknemers in staat om zowel cognitief uitdagend werk als praktische vaardigheden te ontwikkelen, wat niet alleen het werkplezier vergroot, maar ook bijdraagt aan het doorbreken van maatschappelijke verzuiling. Door innovatief te denken over functies kunnen we de arbeidsmarktkrapte oplossen en de waarde van praktisch werk beter zichtbaar maken. 

Als consultant denk ik graag mee over dit soort uitdagingen en werk ik gedachte-experimenten uit om praktische oplossingen te bieden voor organisaties die toekomstbestendige functies willen ontwikkelen. 

Of hybride banen een oplossing bieden of niet, één ding is zeker: als werkgever moet je in de huidige arbeidsmarkt aan de slag met het toekomstbestendig maken van personeel, wil je ze kunnen behouden. Dit vraagt om innovatief denken en Strategische Personeelsplanning (SPP). Wil je weten hoe? Volg dan de masterclass Strategische Personeelsplanning.

Over Wise up Consultancy:
Wise up helpt (netwerk)organisaties bij het oplossen van vraagstukken op het gebied van arbeidsmarkt, onderwijs en economie. Dit doen we door het inzetten van ervaren project- en programmamanagers, enthousiaste onderzoekers, HR partners en bevlogen adviseurs. Hiermee brengen we complexe opdrachten en vraagstukken van onze klanten tot een succesvol resultaat zodat zij zelf kunnen excelleren. Wij bouwen daardoor mee aan een duurzame en veerkrachtige economie waarin iedereen meedoet en zichzelf optimaal kan ontwikkelen.

Onze inzichten in je inbox?

Schrijf je dan in voor de Wise up nieuwsbrief. Wekelijks nieuwe inzichten in je inbox.

Gebruikte bronnen
  • Berkhout, K., & Özdemir, M. (2025, 25 november). Baankansen afstudeerders mbo en hbo en universiteit. NRC. https://www.nrc.nl/nieuws/2025/11/25/hboer-maakt-minder-kans-op-een-baan-zeker-met-een-economische-opleiding-a4913366?utm_source=linkedin&utm_medium=social&utm_campaign=linkedin&utm_term=20251125
  • Weer grote ontslagronde bij een bank, wat is er aan de hand? (2025, 25 november). nl. https://www.rtl.nl/nieuws/economie/artikel/5540729/weer-veel-ontslagen-bij-een-bank-wat-er-aan-de-hand-bij-abn-amro
  • Perrin, A. J., & Gillis, A. (2019). How College Makes Citizens: Higher Education Experiences and Political Engagement. Socius Sociological Research For A Dynamic World, 5. https://doi.org/10.1177/2378023119859708
  • Roks, J. (2024). Onderwaardering van het mbo: waarom het mbo als volwaardig erkend moet worden. Bestuurskundige Berichten, 39(1), 36-43.
  • (2024, 24 maart). Veel mbo-studenten voelen zich nog ondergewaardeerd. MBO-today. https://mbo-today.nl/veel-mbo-studenten-voelen-zich-nog-ondergewaardeerd/?utm_source=chatgpt.com
  • Vraagstukken, S. (2022, 1 augustus). Kloof hoog/laag opgeleiden. Sociale Vraagstukken. https://www.socialevraagstukken.nl/dossiers/kloof-hooglaag-opgeleiden/
  • Oostveen, M. (2025, 17 februari). In Holland staat een zuil: hoe hoogopgeleiden zich steeds meer afzonderen van de rest van Nederland. De Correspondent. https://decorrespondent.nl/15884/in-holland-staat-een-zuil-hoe-hoogopgeleiden-zich-steeds-meer-afzonderen-van-de-rest-van-nederland/77fa3643-8e64-03e7-367c-f3b4d93a44e3